Prikspijt en dreigfakkels

Allereerst: De beste wensen voor 2022! Waarmee ik niet wil zeggen dat uitgerekend míjn wensen de beste zijn. En waarmee mijn eerste geval van zelfplagiaat meteen een feit is, want dit heb ik al eens eerder gezegd in de maand januari.

Het ligt er natuurlijk ook aan wát je iemand wenst. Ik zou zeggen: liefde, gezondheid, geluk en hopelijk een jaar waarin we nu eindelijk eens definitief afscheid nemen van C.Drie weken kerstvakantie, waarvan één min of meer gedwongen, wat kun je erover schrijven?
Over school en onderwijs misschien niet zoveel, want het was tenslotte vakantie. Deze week beginnen we weer met de basisscholen en scholen voor voortgezet onderwijs, ondanks hoge besmettingscijfers. Maar we zijn in het onderwijs gewend tussen de virusdeeltjes door te slalommen, zoals een aantal vakantiegangers dat misschien deed op een piste ergens buiten onze landsgrenzen.

Gelukkig was er genoeg te ontdekken en leren in de afgelopen weken.
Zo leerde ik dat je, wanneer je in Nederland mooi siervuurwerk wilt zien op oudejaarsavond, je blijkbaar eerst een vuurwerkverbod moet instellen. Misschien een idee om op school mobieltjes volledig te verbieden, zodat het gevolg dan zal zijn dat alle leerlingen hun telefoontje alsnog gewoon meenemen, maar hem dan in elk geval netjes aan het begin van de les in de telefoontas doen?

Verder ontdekte ik dat een ‘woord van het jaar’ geclaimd kan worden. Bij de vorige woorden van het jaar (zoals vorig jaar het woord ‘anderhalvemetersamenleving’, dat je trouwens aan elkaar schrijft, anders zou je -wanneer je ‘anderhalve meter samenleving’ schrijft- een samenleving van slechts anderhalve meter hebben) dacht ik dat het woord van iederéén was. Dit jaar was het woord van het jaar ‘prikspijt’. Er leek vooral op gestemd te zijn door mensen die achteraf spijt hadden van hun prik. Maar al snel werd het ook vertaald met: ‘spijt hebben dat je je NIET hebt laten prikken. ’Zelfs het ‘woord van het jaar’ gaf de verdeeldheid aan.
We ‘kregen’ een nieuw kabinet, waarvan ook velen onder ons het eerder een ‘tweedehandskabinet’ zouden noemen, wat trouwens óók best een leuk woord van het jaar had kunnen zijn. Maar deze stond niet in de lijst en ik bedenk het nu pas. Een kabinet dat al eerder is gebruikt, maar je kunt er nog best een tijdje mee doen? Laten we positief blijven. In elk geval is er een redelijk aantal nieuwe mensen benoemd en die gaan hopelijk met veel energie en goeie ideeën het nieuwe jaar in.

Ik moet sowieso uitkijken met ál te politieke uitspraken doen, want ik las dat in de V.S. docenten maatschappijleer massaal bedreigd worden door ouders en leerlingen, wanneer ze ook maar enigszins laten merken dat ze van ‘kamp Biden’ óf van ‘kamp Trump’ zijn. Ik zag de documentaire over de bestorming van het Capitool, precies een jaar geleden. Heftige beelden. Wanneer het klopt dat bijna alles uit Amerika uiteindelijk overwaait naar Europa en dus Nederland, is het gewoon afwachten wanneer hier de regeringsgebouwen bestormd gaan worden. We hebben plannen om met onze derdejaars de Tweede Kamer te gaan bezoeken. Het zal je gebeuren dat je daar middenin zo’n bestorming terecht komt en je moet verstoppen in achterkamertjes. Of dat je zélf je klassen zo indoctrineert dat je gewoon met school de Tweede kamer gaat bestormen. Wel een onvergetelijke les die onmiddellijk ‘viral’ zal gaan, maar toch…Sommige rondleiders ervaren zo’n scholenbezoek misschien sowieso al als een bestorming, dus laten we vooral niet verder gaan.

Elkaar bedreigen lijkt helaas al bijna normaal te worden. Je hoeft maar iets te zeggen en de haatberichten op de sociale media vliegen je om de oren. Ook politici hebben hier dagelijks mee te maken. En dat heeft impact op je gezin, je leven. Een politiepost (zo’n soort bouwkeet op hoge poten) in de straat waar minister de Jonge woont. Niet oké. Iemand die met een fakkel naar het huis van minister Kaag gaat, aanbelt en boze woorden schreeuwt. Niet oké. Wéér een kandidaat-woord van het jaar: ‘Haatfakkel’. Stond vorig jaar óók nog niet in het lijstje.

Bij maatschappijleer is er weer veel te bespreken. En ik zal niet proberen m’n leerlingen mijn mening op te dringen. Je hoeft het niet met me eens te zijn. Ik ook niet met jou. Je mag bijna alles zeggen wat je wil, maar ik zal je wél vragen daar argumenten bij te geven. En daar zal ik naar luisteren. En dan verwacht ik dat jij naar die van anderen luistert. Om van elkaar te leren.

Ik wens iedereen een mooi jaar.

En ik hoop alvast op een ‘woord van het jaar’ voor 2022. Dat aangeeft dat we elkaar weer horen, respecteren en uit laten praten:

‘Luisterliefde.’

Bert Jansen
Docent VC Twello