01 juli 2021
‘Nog maar een week of vier en dan is het vakantie!!’
‘Wáááát?’
Je kan best blij worden van zo’n uitspraak van een collega of leerling. Aan de andere kant schrikt menig docent tegelijkertijd van dat ‘nog-maar-een-paar-weken’ idee.
Want er moet eigenlijk nog zoveel en de tijd daarvoor wordt steeds korter. Alsof er een heleboel dingen in een trechter worden geduwd en je weet, die trechter wordt steeds smaller, maar het moet er tóch door…
Een toetsweek met bijbehorend nakijkwerk, de laatste opdrachten die ingeleverd worden.
Het regent weer leerlingenberichtjes. Over werkboeken of opdrachten die opeens op mysterieuze wijze zijn verdwenen. ‘Hij lag gisteren nog op m’n kamer!’ ‘Ik had die opdracht opgeslagen, maar nog niet ingeleverd en toen wou ik ‘m inleveren en toen wastie weg!’ ‘Meneer, ik kom niet in Teams!’
‘Eh… dude… je stuurde dit berichtje via Teams…’ ‘Dan was het SOM! Maar ik kom érgens niet in!’
Afronden. Vergaderen. Sollicitatiegesprekken voor nieuwe collega’s. Bedenken hoe je volgend jaar met het overheidsgeld (corona)achterstanden gaat wegwerken. Nieuwe onderwijsontwikkelingen.
En we wáren nog maar pas weer met z’n allen tegelijk op school. En dan is het alweer bijna afgelopen.
Nakijkdeadlinestress.
Dus samen met een collega na de laatste les in een lokaal blijven zitten en maar eens even een paar uurtjes ‘doorharken’ met het beoordelen van van alles en nog wat.
Je denkt dat alle leerlingen inmiddels de school uit zijn. Maar dan schuift er een groepje van pakweg 6 schimmen langs de openstaande deur (ventilatie!) van het lokaal. Mondkapjes voor. Ze lijken te twijfelen, lopen door en kijken toch nog eens door de gekleurde ruit verderop. Dan zie ik dat het oud-(mentor)leerlingen zijn. Nu komen ze teruglopen. Met een opgeluchte brede lach. Die lach komt dan vooral vanuit de ogen, die spreken des te meer boven zo’n mondkapje. Ze zijn een paar jaar van onze school, maar zagen bij binnenkomst zo weinig bekende gezichten dat ze wat aarzelend de trap namen. Ze zien er geweldig uit. Helemaal hun eigen stijl gevonden qua kleding, maar ook nog steeds zo herkenbaar als de leerlingen die ze toen waren. Maar ook: wijzer. Met een door ervaring gesteunde eigen kijk op het fenomeen ‘school’, ‘docenten’, ‘het leven’. Leuk om weer even bij te praten. Ik besluit om ze maar even mee te nemen door de school om te kijken of er nog bekende docenten zitten, ergens. Hier en daar lukt dat en kletsen we ook dáár weer even. Wanneer we alle uithoeken van de school hebben gecheckt en nog een aantal docenten hebben gesproken loop ik nog even met ze mee naar buiten.
En daar gaan ze. Zwaaien. Alweer een stukje verder met hun leven dan toen ze hier zaten. En zij hadden geluk. Ze gingen op schoolkamp, deden Puberruil, excursie Berlijn, museumbezoekjes, van alles buiten de school en ook bínnen de school. Het kon en mocht allemaal. Wat hopen we met z’n allen dat die tijd na de zomervakantie terugkomt! Het begin is er, al moeten wij nog even gemuilkorfd rond blijven lopen.
Laat je ogen nog maar even extra spreken de komende weken.
En verder? Er was een erg gezellige teamactiviteit voor alle docenten. Je wilt daar als leerling trouwens echt niet bij zijn, docenten in het wild.
Er komt nog een diploma-uitreiking. Want ook, of júist na deze bijzondere jaren verdien je het om passend uitgezwaaid te worden.
Er was een run op het Janssen-vaccin. ‘Eén prik en je kan weer feesten’, was het motto. ‘Dansen na Janssen’. Collega Joshua , a.k.a. Onesapa, nam alvast een dansbare track op, samen met z’n zus: ‘Dance with me.’ Check ‘m op Spotify. Ik zal ‘m aan het eind van m’n les afspelen.
Kunnen jullie, ook zónder vaccin, alvast lekker ‘Dansen na Jans(s)en.’
Meer lezen? Hier vind je alle columns van Bert Jansen.