16 juli 2020
Je zou misschien denken dat het schooljaar net zo langzaam en geleidelijk wegebt als het c-virus, maar niets is minder waar. Deadlines doemen als dranghekken voor me op.
Mijn to-dolijstje lijkt langer dan ooit. En niet alleen het mijne.
Willen we dan toch nog teveel in die laatste ‘weer-bijna-normale’ weken?
Misschien wel. Maar je wilt leerlingen de kans en de tijd geven om eventuele achterstanden nog weg te werken. Zodat ze ondanks alle ellende van de afgelopen tijd ‘gewoon’ kunnen doorstromen.
Je wilt fatsoenlijk en respectvol afscheid nemen van collega’s die elders gaan werken of stoppen met werken. Een aantal maakte die overstap middenin de c-tijd. Het zal je gebeuren. De ene dag zit je voor je laptop te werken voor VC Twello, de volgende dag voor een andere school. Geruisloos verdwenen. Maar daar houden we hier niet van, dus dat willen we met terugwerkende kracht alsnog rechtzetten.
Vergaderen over leerlingen. Omdat je niet zomaar iemand wilt vertellen dat een jaartje overdoen beter zou zijn, of een andere richting kiezen. Of opstromen.
Nog even iets leuks doen met je mentorklas.
Rapporten uitdelen, dit keer een aangepaste versie. Het ging, zeker in de onderbouw, even wat minder om ‘de cijfers’. Toch wil je iets meegeven. Complimenten. Tips voor volgend schooljaar.
En dan nog…afscheid in de aula met alle collega’s.
En ook nog lekker eten op school met z’n allen. Omdat dat (weer) kan.
Het is ook belangrijker dan ooit dit bizarre schooljaar goed af te sluiten samen.
Terug te kijken op wat ons overkwam en hoe we ons er doorheen hebben geslagen. Ieder op z’n eigen manier, met z’n eigen problemen.
Ik keek even terug naar m’n columns van dit afgelopen jaar.
De eerste heette ‘groepsappexplosie’ en ging over het enthousiasme van de nieuwe brugklassers. En over de groepsapp van onze mentorklas.
Ik eindigde met: ‘We zijn begonnen! Heerlijk!’
Wie had kunnen denken dat het schooljaar zó anders zou lopen dan verwacht… En die groepsapp is de afgelopen maanden meer dan eens geëxplodeerd.
Hij werd nog veel belangrijker dan we hadden kunnen bedenken. Als basis voor al je vragen, wanhoop, frustratie, verdriet, boosheid, troost, humor.
Mede dankzij onze geweldige ICT-collega Gerben Schipper (ik noem niet snel namen, maar dit keer weer eens wél) hadden we bij ons op school heel snel de onlinelessen op de rit. Met veel geduld en rust wist hij ons echt allemaal mee te nemen. Dank je, Gerben!
Zelf wil ik mijn hoofd de komende tijd niet meer zien op dat beeldscherm. Dat zullen de leerlingen trouwens ook vast niet willen…
Het meest vreemde schooljaar in mijn en hopelijk ook jullie leven is bijna voorbij.
Vaak schrijf ik dan dat het gebouw zo vreemd en leeg is zonder leerlingen. Dit jaar was datzelfde gebouw al veel éérder héél vreemd en leeg.
Wat fijn dat we elkaar toch weer een tijdje konden zien voordat het vakantie werd, zij het met die (ver)vreemde(nde) regels en dat we toch nog ‘gewoon’ afscheid van elkaar kunnen nemen.
We mogen best trots zijn met z’n allen. Leerlingen, docenten, onderwijspersoneel, directie, bestuur.
Wat is er veel gebeurd, wat is er hard gewerkt…het heeft met iedereen iets gedaan.
Inmiddels laait er ook alweer een nieuw virus op: het vakantievirus. Nog aarzelend, want nog veel grenzen blijven angstvallig dicht.
Ik schrijf deze column al een week voordat hij in de krant komt. Vanwege die vakantie.
Deadlines.
Ik heb nu ook een ánder beeld bij dat woord. Die curve van het aantal slachtoffers in de afgelopen periode. Ook een soort deadline, of ‘deathline’.
Hopelijk blijft die lijn heel vlak en kunnen we na de vakantie wat vrijer en minder bang verder met ‘écht school zijn’.
Maar misschien moeten we dan nog niet in alweer veel te volle uitgaansgebieden schreeuwend en stomdronken (‘dóm dronken?’) in groepen over straat gaan, zoals teveel Nederlandse jongeren al weer doen. Oftewel, je kunt er zelf aan meewerken om na de vakantie weer écht naar school te kunnen. (Einde mini-preek.)
Ik kreeg twee dagen terug een pakketje in de bus. Cadeautje van onze werkgever. Een fleecedekentje, opgerold als een mini-slaapzak. ‘Uitrollen en genieten’, staat erop.
Mooi idee weer.
Dat ga ik doen.
En mezélf uitrollen.
Dank jullie wel, collega’s en leerlingen. Want jullie hebben MIJ er ook doorheen geholpen, zo is dat.
Fijne vakantie. Denk nog eens terug. Rol jezelf minstens anderhalve meter uit.
En blijf nog een beetje voorzichtig.
Voor elkaar!